Klokkenluiders – Externe whitsleblowing
Artikel 90 van de Wet legt de verantwoordelijkheid voor het instellen van bescherming tegen bedreigingen, vergeldingsmaatregelen of daden van agressie bij de toezichthoudende autoriteiten. Zij moeten effectieve en betrouwbare mechanismen instellen voor de melding door leidinggevenden, personeelsleden, agenten en distributeurs van de onderworpen entiteiten of door derden, aan deze autoriteiten, van mogelijke of werkelijke inbreuken op de bepalingen van deze wet, van de besluiten of reglementen genomen ter uitvoering ervan, van de uitvoeringsmaatregelen van Richtlijn (EU) 2015/849, van de Europese verordening betreffende geldovermakingen, en van de waakzaamheidsplichten bedoeld in de bindende bepalingen betreffende financiële embargo’s (externe whitsleblowing).
De mechanismen omvatten specifieke procedures voor de ontvangst van meldingen van inbreuken en de opvolging ervan. De toezichthoudende autoriteit kan de identiteit van de persoon die de melding heeft verricht, niet bekendmaken aan de onderworpen entiteit of aan derden. Er kan geen enkele burgerlijke rechtsvordering, straf- of tuchtvordering worden ingesteld en geen enkele professionele sanctie worden uitgesproken tegen het personeelslid of de vertegenwoordiger van de onderworpen entiteit die te goeder trouw een melding heeft gericht aan de toezichthoudende autoriteit, wegens het feit dat hij de genoemde melding heeft verricht.
Deze bescherming is eveneens van toepassing wanneer de te goeder trouw verrichte melding, gegevens bevat die voorkomen of zouden moeten voorkomen in een melding van een verdachte verrichting.
Elke ongunstige of discriminatoire behandeling van deze persoon, evenals elke beëindiging van de arbeidsverhouding of de vertegenwoordiging wegens de melding die deze persoon heeft verricht, is verboden.
Richtlijn (EU) 2019/1937 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2019 inzake de bescherming van personen die inbreuken op het Unierecht melden zorgt voor een uniformere en betere bescherming van klokkenluiders in de Europese Unie. Deze richtlijn is omgezet in Belgisch recht:
- voor de privésector, door de wet van 28 november 2022 betreffende de bescherming van melders van inbreuken op het Unie- of nationale recht vastgesteld binnen een juridische entiteit in de private sector ;
- en voor de publieke sector door de wet van 8 december 2022 betreffende de meldingskanalen en de bescherming van de melders van integriteitsschendingen in de federale overheidsinstanties en bij de geïntegreerde politie. Deze wetten implementeren tegelijkertijd artikel 90 van de Wet, die van toepassing blijft, maar wordt aangevuld door de bepalingen van de voornoemde wetten voor de aangelegenheden van de Wet die zij niet regelt.
Dit meldingsmechanisme mag niet worden verward met het mechanisme voor de melding aan de CFI (via goAML) overeenkomstig de artikelen 47, 48 en 66, § 2, derde lid van de Wet door de persoon of personen (AMLCO) aangeduid overeenkomstig artikel 9, § 2.
Het betreft evenmin meldingen van verdachte verrichtingen die aan de CFI worden overgemaakt door een andere persoon dan de AMLCO overeenkomstig artikel 49, §2 van de Wet, wanneer de normale meldingsprocedure via de AMLCO niet kan worden gevolgd. Meldingen in de zin van artikel 49, paragraaf 2 van de wet mogen altijd per post, e-mail of een ander communicatiekanaal worden gedaan en hoeven niet noodzakelijk via goAML te worden gedaan.